Na meer dan drie jaar voorbereidingen en intensieve bouwwerken zijn de essentiële onderdelen van de Scheldetunnel klaar. De ruwbouw van de tunnelingang op Linkeroever is net af. Er was 85.000 m³ beton en 19.000 ton staal nodig voor de bouw van dit stuk tunnel van 486 meter lang. Nu wordt er verder gewerktaan de aansluiting met het knooppunt Sint-Anna op Linkeroever. Ook op rechteroever gaan de betonwerken goed vooruit. Eind 2025 sluit het laatste tunneldeel hierop aan.
Samen met de acht betonnen tunneldelen die in Zeebrugge liggen te wachten, zijn de puzzelstukken voor de Scheldetunnel klaar. Elk tunneldeel is groter dan een voetbalveld, langer dan de hoogste kathedraal, zo lang als vijf walvissen naast elkaar. Ze wegen gemiddeld 60.000 ton en zijn 160 meter lang, 42 meter breed en 10 meter hoog. Echte kanjers dus, en dit jaar drijven ze één voor één naar Antwerpen. Ze maken een spectaculaire reis van meer dan 100 kilometer over de Noordzee en de Schelde.
De grootschalige logistieke operatie die hiervoor nodig is brengt tal van technische uitdagingen met zich mee. Van het gecontroleerde transport over de Noordzee en de Schelde tot de complexe plaatsing onder water – elke stap vergt een nauwgezette voorbereiding en samenwerking tussen diverse partijen.
Raymond de Kroon, Projectdirecteur Uitvoering bij TM COTU: “Het bouwdok in Zeebrugge zetten we volgens de huidige planning op 11 april onder water. In de acht tunneldelen zit op dat moment ook water in hun ballasttanks. Zo blijven ze op de bodem liggen. 19 mei is het tijd voor het eerste tunneldeel om te vertrekken. We pompen dan de ballasttanks leeg zodat het tunneldeel naar de oppervlakte komt. Kortom: de wet van Archimedes in een notendop.”
“De planning is afhankelijk van een heel aantal condities zoals het weer, de windkracht, golfslag en getijden. We maken voortdurend een evaluatie van de voorspellingen en meten die aan de werkelijkheid op het moment van uitvoering. Om ons op die condities voor te bereiden maken we gebruik van geavanceerde simulaties die de volledige reis tot in het detail in kaart brengen. Schippers trainen in deze simulaties niet alleen op het manoeuvreren en navigeren door deze factoren, maar ook op crisismanagement, communicatie en samenwerking.”
Het traject van Zeebrugge naar het Doeldok in Antwerpen duurt zo’n 30 uur per tunneldeel. Onderweg houdt een tunneldeel twee keer halt, één keer in de voorhaven van Zeebrugge en één keer in Terneuzen. Dat doen ze om te wachten op vloed, zodat ze met de stroom mee kunnen varen.
Ook in het Doeldok worden de tunneldelen geparkeerd omwille van de getijden. Ze kunnen enkel worden afgezonken rondom doodtij, het moment waarop het verschil tussen hoog- en laagwater het kleinst is. Dit moment komt slechts twee keer per maand voor, rondom het eerste en laatste kwartier van de maan. Voor het eerste afzinkmoment mikken Lantis en TM COTU op begin juli. Tegen het einde van het jaar liggen de acht tunneldelen op hun plaats en kan de afwerking van de tunnel beginnen.
Een indrukwekkende reis voor deze kanjers van beton dus, maar op z’n minst even indrukwekkend zijn de prestaties van de mensen die hieraan meewerken. Een project van deze omvang realiseren, kan alleen dankzij de nauwe samenwerking tussen vele partijen. Lantis wil met dit project dan ook de Vlaming warm maken voor de enorme expertise en kennis bij het bouwen van de Scheldetunnel. Daarom loopt vanaf vandaag de campagne “Kanjers op Komst” met opvallende beelden die de grootsheid van de operatie uitdrukken. Alle updates over het project kan je nauw op de voet volgen via www.kanjersopkomst.be.
De Scheldetunnel is een cruciale schakel van de Oosterweelverbinding. De nieuwe tunnel verbindt beide oevers van de Schelde en helpt zo mee de Antwerpse Ring te sluiten in het noorden van de stad, samen met het Oosterweelknooppunt en de Kanaaltunnels. Het resultaat: vlotter en veiliger verkeer, naar en langs Antwerpen. In 2028 opent de Scheldetunnel voor fietsers. Vanaf 2030 vormt de tunnel ook voor (vracht)wagens een verbinding tussen de snelwegen op Linkeroever en de haven en het noorden van de stad.
Veiligheidsnieuws is hét vakblad voor preventieadviseurs. Het bevat artikels, praktijkcases, nieuwe trends, onderzoeken … Het verschijnt 4 maal per jaar (72 pagina's) in maart, juni, september en december met een oplage van meer dan 8.000 exemplaren (6.500 print en 1.500 digitaal).
