STEC staat voor Shiga toxin-producing E.coli. Het is dus een variant van de E. coli-bacterie (Escherichia coli) die een toxine of giftige stof produceert. De E.coli-bacterie komt heel vaak voor, maar de specifieke STEC-variant is veel zeldzamer. Er is sprake van amper 80 tot 130 gevallen over een heel jaar.
"De STEC-bacterie ziet er iets anders uit, heeft andere functies en kan andere en zwaardere infecties veroorzaken dan E.coli", vertelt professor Sandra Van Puyvelde (UAntwerpen).
"De STEC-bacterie kan zich goed hechten aan de darmwand en kan die ook beschadigen. Daardoor kan er milde tot zelfs bloederige diarree ontstaan. Maar ze maakt ook een toxine aan. Dat is een klein eiwitje dat in de darmcellen kan doordringen en zich naar heel het lichaam kan verspreiden. Dat kan dan zwaardere problemen veroorzaken, zoals nierfalen."
Voor de meeste mensen is ze ongevaarlijk. Doorgaans veroorzaakt ze geen of heel matige symptomen. Maar ze kan ook diarree, hoofdpijn en koorts veroorzaken. Ook de nieren kunnen worden aangetast.
Vooral mensen met een zwakke gezondheid lopen gevaar. Voor mensen in woonzorgcentra kan een STEC-infectie ernstig zijn. Ook heel jonge kinderen lopen een hoger risico.
"Veel mensen merken er nauwelijks iets van. Maar sommigen krijgen een milde tot bloederige diarree. Ongeveer in 10 procent van die gevallen komt het tot een ernstig niersyndroom. Dat kan dan weer nierfalen veroorzaken, en in 3 tot 5 procent van de gevallen fataal aflopen", aldus Van Puyvelde.
Besmettingen van mens op mens zijn mogelijk, maar minder waarschijnlijk (een goede handhygiëne kan bijvoorbeeld al veel helpen). Meestal gebeurt besmetting via de voeding.
De STEC-bacterie huist van nature in de ingewanden van runderen, geiten of schapen. Besmetting kan gebeuren via bijvoorbeeld rauw vlees, of producten waarbij rauwe melk is gebruikt zoals bepaalde kazen. Of het kan via groenten of fruit die besmet zijn geraakt tijdens bemesting of bewatering.
Het gaat hier om een bacterie, en niet om een virus. Virussen kunnen doorgaans (veel) makkelijker van mens op mens worden doorgegeven, zoals dat voor corona of griep het geval is. Daar kan het virus via de lucht worden overgedragen, bijvoorbeeld bij praten of hoesten.
Als er een uitbraak in bijvoorbeeld rusthuizen is, zal moeten worden gezocht naar de bron van besmetting. Dat kan onder meer via analyse van zogenoemde 'getuigenschotels', verplichte reserveschotels met stalen van de opgediende schotels die 72 uur worden bewaard voor eventuele verdere analyse.
Behandeling met antibiotica zou de kans op complicatie kunnen verhogen. De klachten gaan algemeen vanzelf over. De behandeling van HUS is symptomatisch.
Preventie is gericht op de volgende punten:
Tijdens Prenne 75 in Edegem op 18 september 2025 kan je de sessie "Arbeidshygiëne 1 | biologische agentia" volgen.