Corona-pandemie in fasen – wat betekent dat nu eigenlijk?

FOD Volksgezondheid heeft tijdens de huidige coronacrisis drie fases van de pandemie benoemd, op basis van getallen. DORSCON (Disease Outbreak ReSponse CONdition) definieert de fases op een meer intuïtieve manier en aan de hand van kleuren. Wat betekenen de fasen? Wie is betrokken?

Risk Assessment & Risk Management

Het maken van inschattingen over het coronarisico gebeurt in ons land enerzijds door de Risk Assessment Group, die de situatie op de voet volgt en analyseert, en anderzijds door Risk Management Group, die maatregelen kan nemen om de volksgezondheid te beschermen. Daarnaast is er nog een speciaal wetenschappelijk comité voor het nieuwe coronavirus opgericht, dat de autoriteiten bijstaat. Al die organisaties samen maken voortdurend een risicoanalyse en een noodplan.

"In het verleden werden die plannen geschreven op maat van bepaalde bedreigingen. Je had dus een Ebolaplan, een vogelgriepplan... Maar door die verschillende plannen was het moeilijk om die allemaal te kennen en toe te passen. Nu is er dus een generieke gereedschapskist samengesteld met verschillende tools, die we dan kunnen samenzetten. De aanpak hangt niet vast aan een bepaalde ziekte of een bepaald virus", vertelt Jan Eyckmans van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid.  Het noodplan bestaat uit 3 fases. Intussen is in ons land fase 2 van kracht.

Verschillende fasen

Fase 1

  • In de eerste plaats betekent dit wetenschappelijke informatie over het virus verzamelen: hoe kan het virus herkend worden? Hoe moet het getest worden? Wat zijn de mogelijke behandelingen?
  • Daarna wordt het generieke plan - dat dus altijd klaarligt - aangepast aan de specifieke omstandigheden. Dat plan wordt ook voortdurend aangepast en nog gedetailleerder gemaakt. Voor het coronavirus zijn er zo al een aantal plannen de deur uit. Van de huisarts in het kleinste dorpje tot het grootste universitaire ziekenhuis, iedereen krijgt dat plan.
  • Daarnaast wordt er ook bepaald welke referentieziekenhuizen er aangeduid worden. In het geval van het coronavirus gaat het om het UZ Antwerpen en het Sint-Pietersziekenhuis in Brussel. Het is belangrijk dat dat op voorhand gebeurt, benadrukt Eyckmans. "Op het moment dat er een besmette patiënt is, dat er een crisissituatie is, moeten we dan niet meer op zoek naar wie wat doet. We hebben geen tijd te verliezen als er zich iets voordoet." Hetzelfde geldt ook voor de laboratoria. "We weten heel goed waar we op wat kunnen testen, we weten wat de mogelijkheden en de capaciteit is." In ons land is de KU Leuven het referentielab. "Moesten zij aan hun limiet zitten, ligt er een handleiding klaar zodat andere labs kunnen bijspringen."

In deze fase worden mensen die met verdachte symptomen bij de dokter komen, ook getest uiteraard. "We zijn streng. Maar dat moet ook. Als je iemand over het hoofd ziet, heeft die voor je het weet vijf of tien mensen besmet. En dan ben je vertrokken." Als het nodig is, wordt er ook gekozen voor een quarantainemaatregel, denk maar aan de mensen die begin februari terugkeerden uit Wuhan en 14 dagen in quarantaine moesten.

Fase 2

Fase twee ging van kracht zodra er een besmetting in ons land opdook. Het gaat voor alle duidelijkheid om een patiënt die bij de dokter of in het ziekenhuis komt en besmet blijkt (de man die terugkwam uit Wuhan en besmet was, telde niet mee, omdat hij op een gecontroleerde manier terugkwam en er geen kans was dat hij andere mensen besmet had).

  • De basisregel in fase twee is: zorgen dat het virus zich zo weinig mogelijk kan verspreiden.
  • De kernwoorden zijn "opsporen, contacteren en controleren"
  • Nadat er een patiënt besmet is, moet er heel snel gereageerd worden om zijn of haar nauwe contacten in kaart te brengen.

Fase twee was van kracht zolang er een overzicht was van waar de besmettingen komen.

Fase 3

In fase drie is het niet meer te traceren wie wie besmet heeft. "Er zijn erg veel besmettingen en het gaat snel vooruit." En dan zijn er twee grote prioriteiten:

Een eerste grote prioriteit zijn de medische zorgen. "Het is heel duidelijk dat mensen die onderliggend een verzwakte gezondheid hebben of een hogere leeftijd hebben een risicogroep vormen. Er is dus medische ondersteuning nodig, om de kans op overlijdens tot een minimum te beperken. De juiste zorg is van levensbelang."

Ook de capaciteit van de ziekenhuizen moet onder controle gehouden worden. Dat gebeurt op verschillende manieren: de patiënten op een goede manier verdelen over de ziekenhuizen en eventueel niet dringende ingrepen uitstellen. De bedbezetting wordt ook nauwgezet in het oog gehouden. Stel dat er echt een tekort is, kan de minister van Volksgezondheid beslissen dat er extra bedden komen, het personeel geen vakantie kan opnemen of dat er een beroep gedaan wordt op mensen van het Rode Kruis. 

De tweede grote prioriteit is het (proberen) indijken van het virus, door maatregelen te nemen. En die kunnen verregaand zijn, vaak vooral om ervoor te zorgen dat mensen niet met téveel op één plek samen zijn. "De voetbalcompetitie stilleggen, mensen vragen om een tijdje niet naar de bioscoop te gaan, scholen sluiten. Maar dan is het niet meer alleen Volksgezondheid die beslist, dat zijn beslissingen van de regering."

Op dat ogenblik komt ook het Nationaal Crisiscentrum in het verhaal. "Zij moeten iedereen aansturen. Want als je een school sluit, veroorzaak je een kettingreactie. Ouders kunnen niet gaan werken, er is een economische impact. Dus dan wordt alles en iedereen gecoördineerd door het Crisiscentrum."

DORSCON

De fases van DORSCON zijn in lijn met de fases van de FOD Volksgezondheid:

[bron: FOD, VRT]